Vier ongelukken op één middag
Op zondag 8 juli troffen we zo’n 25 leden van DTH aan de waterkant bij Tjalleberd. Reden; een ongevalsimulatie.
Jeroen was de gelukkige die als eerste het spits als duikleider af mocht bijten. Anne werd na een duik naar de kant gebracht met vreemde rode vlekken in het gelaat. Hoe serieus Jacob zijn best ook deed als 112 centralist(e) m/v de stemming bleef nog wat jolig….
Bert kreeg als duikleider te maken met een te snelle opstijging van Natasja. Het werd al serieuzer want we merkten dat een goede communicatie tussen iedereen die helpt erg belangrijk is. Gelukkig lag Natasja snel aan de zuurstof en was de denkbeeldige ambulance er meteen bij.
Marcel kreeg vervolgens met een klaplong te maken en de toeschouwers zagen dat je bij een ongeval het best Marco in de buurt kan hebben; met de snelheid van een raket ging hij te water om Sjors en Rob te helpen.
Het laatste ongeluk vond plaats onder het toezicht van Sjonny. Hij kreeg een levensecht stuiptrekkende Jurgen bij de kant afgeleverd. Marco begon direct met de reanimatie (al waakte Jurgen er wel voor dat het niet al te levensecht werd).
Terugkijkend hebben we allemaal de nodige dingen geleerd;
- Het zwaaien met je arm op een grote afstand minder opvallend is dan je zou denken. Pas de vierde oefening liet Anne met een hele duidelijke armbeweging mét harde hulpkreet zien hoe je op kunt vallen.
- Goede communicatie bleek belangrijk; zowel tussen de duikleider en de mensen om hem heen, als tussen de ‘beller’ en de 112 centraliste.
- Iets wat je makkelijk vergeet als iedereen bezig is met een slachtoffer is dat de duikuitrusting veilig gesteld moet worden; om de computer te kunnen raadplegen of voor technisch onderzoek.
- Laatste leerpunt is dat er niet alleen naar het slachtoffer gekeken wordt, maar dat er ook gecheckt wordt of het met zijn buddy wel goed gaat.
Al met al een heel prima middag, waar we veel geleerd hebben en wat we hopelijk nooit in praktijk hoeven te brengen.